Kleurenplint

“Ik hoef geen bonnetje hoor.” Mijn vriend kijkt vriendelijk naar de caissière bij de Praxis (kind aan huis sinds onze verhuizing) en ze wenst ons een prettig weekend.

(Het uur voor de Praxis): “nee hè, ik kom een plint te kort voor deze hoek.” Samen met een vriend van hem heeft mijn vriend de stoffige, kale zolderkamer omgetoverd tot frisse werkkamer. De muren zijn behangen en geschilderd, de schrootjes zijn witgemaakt en er ligt nieuw laminaat in. De plint maakt het helemaal af, alleen nog even een nieuwe halen.

(Het uur na de Praxis): “ik hoef geen bonnetje hoor,” imiteer ik mijn vriend lachend. Mijn vriend heeft de verkeerde plint meegenomen en houdt hem nu bedenkelijk naast de oorspronkelijke kleur. “Nou ja, het staat best geinig bij elkaar. Niemand die het doorheeft! – Precies, leggen maar die hap. Niemand die er ooit achter zal komen. Ik schrijf er trouwens wel een blog over, goed? ;)”

Bekijk bericht

“Vergeet niet een noodpakketje mee naar boven te nemen!”

Zo, daar zitten we dan. Kamperen op bed. Voordat de ‘vloerman’ kwam, heb ik nog even snel een wc-rol (vooruitziende blik!), de waterkoker, theezakjes, een beker en een zak chips boven gebracht. Ook legde ik de brugklastoetsen op bed. Lekker een avondje nakijken.

Mijn vriend zit momenteel in het buitenland voor zijn werk, dus met ‘we’ bedoel ik de katten en ik. De vloer staat in de nabewerkingsolie en we mogen er vanavond niet meer op lopen. Doordat we boven geen deur voor de trap hebben, moeten de katten noodgedwongen in een kamer worden opgesloten omdat ze anders gaan stempelen.

Uiteraard wordt het allemaal heel interessant voor de katten wanneer ze iets niet mogen. Als een stel pubers zitten ze voor de deur te miauwen, zeurend dat ze naar beneden willen. Niks ervan. Ga maar met de wc-rol spelen. Mama moet nakijken.

Bekijk bericht