Foei

Het voetgangersstoplicht springt op rood en ik wacht braaf op de passerende auto’s. Twee auto’s rijden er langs me heen. Er rijdt een derde auto, maar die is nog zo’n 15 meter verwijderd van het stoplicht. De spieren in mijn been dwingen mijn rechterbeen een stap naar voren te zetten om als een ware Amsterdammer (ik heb er mijn eerste levensjaar toch maar mooi gewoond) gauw over te steken bij het rode stoplicht. Mijn nekspieren zetten echter direct de aanval in en verplichten mijn hoofd naar links te draaien. Het gewicht staat nu vol op mijn linkerbeen en mijn rechterbeen hang een beetje twijfelend in de lucht.

Ik weet niet welke spieren ik voor mijn schijnheilige pokerface moet bedanken, maar in ieder geval heb ik de politiemannen in deze derde, witte met blauwe auto goed afgewimpeld op het moment van langsrijden. Spieren to the rescue! Enne… complimenten aan de gezichtsspieren van de politieagent, die zo afkeurend keek dat het leek of hij moest chier (zoek maar op!).