Brief aan moeder eend

Lieve moeder eend,

Sorry dat u vanmiddag zo schrok van het geluid van mijn slippende banden. Ik kan u zeggen: zelf schrok ik ook behoorlijk! Uiteraard heb ik alle begrip voor de heerlijke zomerwandeling die u met uw 8 kuikens wilde maken, maar kijkt u voortaan alstublieft goed naar rechts voordat u oversteekt. Bij een auto op tien meter afstand: liever even wachten. Gelukkig lette ik wel goed op en zijn mijn remmen nog in orde!

Wel wil ik u bedanken voor het leuke contact dat het mij vervolgens opleverde: duimen van glimlachende voorbijgangers die omhoog schoten.

Hopelijk zie ik jullie morgen veilig in het water dobberen, het wordt een mooie dag!

Groetjes vanuit de groene auto 

 

 

 

Foei

Het voetgangersstoplicht springt op rood en ik wacht braaf op de passerende auto’s. Twee auto’s rijden er langs me heen. Er rijdt een derde auto, maar die is nog zo’n 15 meter verwijderd van het stoplicht. De spieren in mijn been dwingen mijn rechterbeen een stap naar voren te zetten om als een ware Amsterdammer (ik heb er mijn eerste levensjaar toch maar mooi gewoond) gauw over te steken bij het rode stoplicht. Mijn nekspieren zetten echter direct de aanval in en verplichten mijn hoofd naar links te draaien. Het gewicht staat nu vol op mijn linkerbeen en mijn rechterbeen hang een beetje twijfelend in de lucht.

Ik weet niet welke spieren ik voor mijn schijnheilige pokerface moet bedanken, maar in ieder geval heb ik de politiemannen in deze derde, witte met blauwe auto goed afgewimpeld op het moment van langsrijden. Spieren to the rescue! Enne… complimenten aan de gezichtsspieren van de politieagent, die zo afkeurend keek dat het leek of hij moest chier (zoek maar op!).

Regels zijn regels

Na weer intensief oogcontact te hebben gehad met de kat van buren, stap ik op de fiets naar mijn werk. Het is stralend weer en ik ben in een goed humeur. Het voelt heerlijk om weer in mijn zomerjas naar buiten te kunnen!

Na een paar minuten zie ik in de verte een man oversteken bij het stoplicht. Niks bijzonders, dus ik besteed er dan ook niet veel aandacht aan. Als ik bijna bij de oversteekplek aangekomen ben, trekt de man echter wel mijn aandacht. Hij staat namelijk ineens plotsklaps stil. Midden op straat. Hij staat met zijn rug naar mij toe, dus ik kan zijn emotie niet goed zien, in tegenstelling tot de emotie van de autochauffeurs die hem stomverbaasd aankijken. Ze gebaren hem dan ook vriendelijk doch dringend om door te lopen, omdat hij nogal in de weg staat. Hij wijst demonstratief (en ik fantaseer daar een triomfantelijk gezicht bij) naar het stoplicht. Samen met de autochauffeurs kijk ik de kant op waar hij naartoe wijst en ik schiet in de lach. Tja, het licht is rood en dat betekent stoppen! Gevaar voor eigen leven of niet. Dat is nog eens een man van de principes! Het ziet er bijzonder grappig uit: een man die midden op een drukke hoofdweg staat, wachtend tot hij weer kan oversteken.

Het gebeurt allemaal binnen enkele seconden, dus het blijft voor ons allemaal een open einde. Even later, nog steeds wat verwonderd door deze actie, rijd ik bijna zelf door rood.