Terschellinger moments: de supermarktjongens

Ondanks dat ‘het’ algemeen bekend is, ervaar ik op de boot naar Terschelling wel weer even een “oja, dat is ook zo!”-momentje.

“Zullen we hier gaan zitten?” Mijn vriend wijst naar een bankje met een tafeltje. “Ja prima!” We ploffen neer en schuiven onze tassen onder de tafel. Het is zo’n twee uur varen naar Terschelling. Blij pak ik mijn boek erbij: lekker weer verder lezen! (Inmiddels ben ik bij Harry Potter en de Vuurbeker beland).

De boot zal over een klein kwartiertje vertrekken en het stroomt nog steeds vol met mensen. Al gauw zijn ‘ze’ overal. De Appelhofjeugd. Met grote groepen zitten ze bij elkaar, blikjes Red Bull op tafel. Lachen en stoer doen. Kijken naar de meisjes aan de overkant. Ik voel me nog net iets te jong om met een vertederde docentenblik hun kant op te staren, maar ze doen geen vlieg kwaad en het is leuk om te zien hoeveel lol ze hebben. De meisjes aan de andere kant hebben de boys ook opgemerkt en er wordt wat afgegiecheld.

De hele week zien we ‘ze’ overal op het eiland opdoemen. In taxi’s worden ze rondgereden, met winkelwagentjes sjokken ze over straat en in de supermarkt vind je ze vooral bij de drank- en chipsafdeling. Ondanks dat ze best luidruchtig zijn, gedragen ze zich prima en het is nog altijd leuk om zo’n groepje ‘in actie’ te zien.

Zo stonden wij op een middag in de rij bij de kassa. Mijn vriend met een afgeladen mandje in zijn hand, ik met kant-en-klare pannenkoeken. Ietwat afwezig staar ik naar de rij. Ik ben iets vergeten. Wat zijn we vergeten? O! Ik weet het! Net op het moment dat ik tegen mijn vriend wil zeggen dat ik nog even mijn favoriete chocola (iets met vakantie en primaire levensbehoeften…) ga halen, stoot hij me aan en wijst hij naar rechts. “Huh, wat is er?” Verbaasd draai ik mijn hoofd naar rechts en ik kijk in het lachende gezicht van een jongen van een jaar of 16. “Goajedieoakandetetstokkehange?” Zwijgend staar ik hem aan en vervolgens schiet ik in de lach: “sorry, wat zeg je?” Ik spits mijn oren, maar ik versta hem nog steeds niet wanneer hij zijn ‘boodschap’ herhaalt. “Ehh, kun je dat nog een keer zeggen?” Hij articuleert nu luid en duidelijk. “Ga je die ook aan jullie tentstokken hangen?!” Hij brult het uit van het lachen en gebaart naar datgene wat hij in zijn hand heeft. PING, het kwartje valt. Hij draagt hetzelfde pak met kant-en-klare pannenkoeken.

Bekijk bericht

Skelterboys

Mijn vriend en ik maken een avondwandeling en we komen twee jongens tegen die aan het skelteren zijn. Het loopt tegen achten en één van de jongens wordt geroepen om binnen te komen. “Nou, tot overmorgen hè! – Huh, nee hoor, tot morgen! Ik zie je toch op school? – Oja!!” De jongen lacht: “dat zou toch wat zijn, als ik je pas overmorgen zou zien. Dat zou betekenen dat we niet naar school hoeven!” De andere jongen antwoordt lachend: “ja! Maar ik vind school helemaal niet zo erg hoor. Weet je hoe ik school doe? Ik kijk naar de klok tot het 10 uur is, dan eet ik mijn koek. Om 12 uur kunnen we lekker buitenspelen en daarna wacht ik tot het 2 uur is. Dan is het alweer bijna tijd!! Moet je maar eens proberen.”

Bekijk bericht

Doe het dan tenminste subtiel

Smoezend hangen ze rond bij de Verboden Schappen. Daar horen ze nog lang niet rond te lopen, waar ze zich ook erg van bewust zijn. Ondertussen ga ik verder mijn eigen missie: het vinden van een lekkere rode wijn. Tussen de vakken zoek ik naar een geschikte Merlot, terwijl mijn vriend ondertussen de slijterij binnenloopt. De laatste halte voordat we naar de kassa zullen gaan.

Plotseling hoor ik achter mij een herkenbare “plop”. Met een ruk draai ik me om en zie ik dat de twee jongetjes zojuist trots een flesje Grolsch hebben ontkurkt. Hun pretgezicht is echter van korte duur, want mijn vriend loopt inmiddels de slijterij uit en spreekt ze streng toe. Ze schuifelen gauw achteruit bij het bier vandaan.

Juist jongens, niet meer doen. Blijven jullie voorlopig maar bij de vruchtensappen.

Metro monster

“Wow, gast, moet je daar eens kijken!” Ik sta in de metro naast twee jongens die heel verbaasd naar rechts kijken. Zo’n gevalletje verdorie, hoe ga ik nu subtiel mijn hoofd naar rechts draaien om te gluren wat er aan de hand is? Mijn nek brandt ervan. Ik overleg de opties met mezelf: óf ik doe alsof ik ook precies op dat moment naar buiten wilde kijken en ik heb er vrede mee dat de jongens weten dat ik ze stond af te luisteren, óf ik blijf hier staan waar ik sta en ik zal het nooit weten.

Twee seconden later

Wow ja! De jongens hadden gelijk. Er staat een gedrocht in de metro. Een monsterlijk figuur, één die het verdient om hardop bekeken te worden.

Het meisje heeft haar Halloweenlook mooi gemaakt, compleet met grote pruik, zwarte spookjurk en een gezicht met daarop een spinnenweb geschilderd. So worth it om mijn trots opzij gezet te hebben.

Il faut aimer le train

Twee heren zitten vanmorgen al vroeg in de trein. Direct zie ik dat het broers van elkaar zijn: ze hebben allebei dezelfde oogopslag en lachen op een bepaalde manier. Ik word vrolijk van ze.

“Hier, moet je deze zien!” Samen buigen ze zich over het scherm van één van hun mobieltjes. “O ja, dat weet ik nog wel! Haha dat was echt een prachtig moment.” Grinnikend bekijken ze nog meer foto’s. “Ja en deze, weet je nog hoe hard we daarom gelachen hebben? Ik ben zo blij dat we dit op foto hebben!” De jongste broer zucht weemoedig. “Die goeie ouwe tijd.”

Mijn beurt om zachtjes te grinniken. Ik denk dat de jongens zo’n 10 en 12 jaar zijn.