Na het logeerpartijtje sta ik bij de bushalte op de bus te wachten die mij naar huis zal brengen. Het is onstuimig weer en ik ben benieuwd hoe het ritje zal verlopen.
De bus arriveert op tijd en de chauffeuse werpt me een hartelijke blik toe. “Bedankt” zegt ze wanneer ik incheck. Leuk, dat is attent!
Na mij stappen twee smeisjes in. Ze gaan in het hoekje naast mij zitten en rommelen wat in hun tas. Even later halen ze er allebei een schrift uit. Ik glimlach. Vandaag heb ik een productieve ochtend bij mijn zus gehad en ik ben blij dat ik even klaar ben met werken. Ik ben iemand die altijd maar doorwerkt en elk moment daarvoor gebruikt, maar nu even niet. De meisjes beginnen daarentegen hun presentatie voor te bereiden. Des te heerlijker voelt het voor mij om nu echt even niks te doen.
De regen slaat steeds harder tegen de ramen en ook de wind giert hard rondom de rijdende bus. Ondanks dat de meiden vlak naast mij zitten, vang ik slechts enkele woorden op van hun geoefen. “Morgen” … “Zenuwachtig” … “Stom” … “Moet maar” …
Dan stuurt de chauffeuse de bus de hoek om, waardoor de regen wat minder hard tegen de ramen klettert. Opeens kan ik de zinnen duidelijk verstaan en automatisch luister ik met de meisjes mee.
“Oké, dus jij begint. Stom hè dat we het zo uit ons hoofd moeten stampen. Ik ga veel liever zelf iets bedenken. Nou ja. Even kijken, dus je begint over dat meisje, die stel je voor.” Het andere meisje schraapt haar keel en begint: “Bonjour. Elle s’appel..” nee hè, zul je net zien. Work mode: on. Hopelijk verraden mijn ogen me niet en hangt er geen tekstballonnetje boven mijn hoofd met: ‘docent Frans’. Aan de andere kant: het is wel toevallig dat ze uitgerekend naast mij hun Franse tekstje gaan voorbereiden. Ik neem me voor om de meiden alleen te helpen wanneer ze in paniek raken of ergens niet uitkomen. Nergens voor nodig, hun uitspraak is netjes en zinnen komen er goed uit. Leuk! Mijn mondhoeken krullen omhoog. Boven mijn hoofd zou nu best ‘docent Frans in rust’ mogen hangen. Of: ‘non-actief’.
Het gegier van de wind zwelt weer aan en ik geniet van het ritje.