Op naar de supermarkt, het uitje van de dag! Op een dag waarop je alleen maar moet studeren – ik heb weer eens fantastisch gepland – kan het best een verademing zijn om even je dagelijkse boodschapjes te halen. Ik vind het dan ook geen enkel probleem als ik zie dat ons bakje yoghurt per ongeluk is gecrasht op de supermarktband. Scheelt weer een paar minuten, ha! Rustig aan loop ik terug de winkel in, er staat toch niemand achter ons. De heenweg gaat goed, voor ik het weet sta ik voor het koelvak. Wanneer ik me weer omdraai, lijkt ineens de hele winkel achter mijn vriend in de rij te staan. Oei, opschieten, voordat ze allemaal op mij staan te wachten! In een gangpad kan ik nog net een botsing met een vader en dochter voorkomen. Ik vertraag mijn tempo, want ik kan er niet langs. Al vrij snel heb ik in de gaten dat de terugweg een stuk langer gaat duren. Ik probeer te seinen naar mijn vriend, maar hij kijkt niet. Maar goed ook trouwens, want ik heb geen idee hoe ik het beste “ik kom er aan, maar het duurt wat langer! Dit meisje draagt overduidelijk voor het eerst hakken en ze weet er totaal geen raad mee! Ze loopt alsof ze moet bevallen, wat overduidelijk niet kan als je ongeveer 8 bent!” moet gebaren naar mijn vriend. Nadat ik eindelijk de flessen frisdrank ben gepasseerd, kies ik voor de snelste route. Althans, dat denk ik. Terwijl ik kies voor de snelste route hemelsbreed, heb ik niet in de gaten dat de vleesafdeling in het midden van de winkel doodloopt. En dat hij ook niet echt bedoeld is voor klanten. Het vleesmeisje (is dat een woord?) kijkt me vragend aan, maar ik heb geen tijd om het uit te leggen. Nét op tijd lever ik mijn nieuwe bakje yoghurt in bij de caissière. Dat wordt smullen morgenochtend.
Lijkt wel een Kafkaeske boze droom. Tegengehouden in supermarktpaden., nou moe. Gelukkig eind goed al goed