Doe het dan tenminste subtiel

Smoezend hangen ze rond bij de Verboden Schappen. Daar horen ze nog lang niet rond te lopen, waar ze zich ook erg van bewust zijn. Ondertussen ga ik verder mijn eigen missie: het vinden van een lekkere rode wijn. Tussen de vakken zoek ik naar een geschikte Merlot, terwijl mijn vriend ondertussen de slijterij binnenloopt. De laatste halte voordat we naar de kassa zullen gaan.

Plotseling hoor ik achter mij een herkenbare “plop”. Met een ruk draai ik me om en zie ik dat de twee jongetjes zojuist trots een flesje Grolsch hebben ontkurkt. Hun pretgezicht is echter van korte duur, want mijn vriend loopt inmiddels de slijterij uit en spreekt ze streng toe. Ze schuifelen gauw achteruit bij het bier vandaan.

Juist jongens, niet meer doen. Blijven jullie voorlopig maar bij de vruchtensappen.

Flessenflater

We staan bij de kassa en mijn vriend kijkt me aan: “pak jij het flessenbonnetje er even bij?” Beteuterd kijk ik terug en zeg zacht: “ik dacht dat jij hem had gepakt.” Toegegeven: een kwartier geleden verliep de scène best een beetje apart. Vrolijk mikten we om de beurt lege flessen in de automaat. Bij de laatste fles drukte ik in een soepele beweging op de groene knop en liep direct door naar buiten om de plastic melkflessen in de daarvoor bestemde container te gooien. Er van uitgaande dat mijn vriend het bonnetje wel zou pakken. Mijn vriend liep tijdens diezelfde seconde blijkbaar naar de prullenbak om de vieze, besmeurde plastic tasjes weg te gooien.

Het bonnetje is toen eenzaam in de automaat blijven hangen, totdat iemand anders hem pakte. Even wekte dit bij mij een boze reactie op: dat doe je toch niet? Een flessenbonnetje van vijf euro zomaar stelen? Mijn vriend stelde me gerust: “misschien had deze persoon het wel meer nodig dan wij.” Okee, daar kan ik mee leven! In mijn hoofd bedacht ik toen direct de titel van deze blog. Zo is het dan ook wel weer 😉

Tijdreizende vakkenvuller

Er zijn vrienden op bezoek bij ons op Texel en het is heel erg gezellig. We struinen rond in Den Burg en hebben het naar onze zin op het eiland. Die middag gaan we ook even langs de supermarkt om nog wat boodschappen te halen voor het avondeten. Ons mandje zit al goed vol wanneer we een product niet kunnen vinden. Met z’n vijven bekijken we de schappen, maar de groene zeep laat zich niet makkelijk vinden. Een vriendin gaat op zoek naar een medewerker en verdwijnt voor ons uit het zicht. Even later komt ze terug met een jongeman met een indrukwekkende baard en er zit een geamuseerde lach op haar gezicht geplakt. De jongen helpt ons goed en verdwijnt na een paar praatjes weer richting zijn groentenafdeling. Dan begint ze te lachen en vertelt ons de gebeurtenis die zich zojuist afgespeeld had.

Bekijk bericht