Le chagrin d’un collectionneur

Hmpf. De brutaliteit tegenwoordig.

Het raam staat open, het licht brandt en er borrelt nota bene een pannetje water op het fornuis! Waarom doen deze mensen de deur niet voor mij open? Een “nee, sorry” kan ik echt wel hebben hoor. Geen probleem. Nu voel ik me zo genegeerd.

Met mijn collectebus loop ik teleurgesteld naar het volgende huis. Ik kan het niet laten om nog even naar binnen te gluren. Ahhhhh. De man ligt vredig in zijn oorfauteuil te slapen. Handen op zijn buik. Glimlachend loop ik weer verder.

Thuis overdenk ik nog eens de route van vanavond. De zoveelste keer collecteren dit jaar, maar het is weer goed gegaan! Een paar mensen waren niet thuis, maar de opbrengst is vast weer een mooie voor het spierfonds. Even denk ik terug aan het slapende mannetje. Als het allemaal maar goed is gegaan met het pannetje water. Was het eigenlijk brutaal van mij om door te lopen?

“Ik kijk even of ik nog een centje heb”

Opnieuw sjees ik vanavond met de collectebus door de straten. Zoals altijd kom ik weer wat leuke quotes tegen:

“Zo, jij bent echt een BU-er aan het worden hier!” (man, +- 40 jaar)

“Páááááp er staat een meisje voor de deur. (…) Ja weet ik niet, ze heeft haar naam niet gezegd. (…) O, maar ik heb nu al opengedaan.” (meisje, +-8 jaar)

“Heb je zelf geen geld?” (jongen, +- 5 jaar)

Collecteren

Ting dong. PLOF. Achter de deur klinkt een doffe klap. Slof, Slof, slof. De deur gaat open. “Hallo, ik collecteer voor het Rode Kruis!” De vrouw draagt een soort klompen die ze net vanaf de bank op de grond heeft gelanceerd. “Ja, natuurlijk! Ik pak even een centje voor je.” De deur laat ze open en ik gluur stiekem een beetje naar binnen in de gang. Wat heeft ze het leuk ingericht! Grappig hoe iedereen dat dan weer anders doet. “Dank u wel hoor en nog een fijne avond!”

Ting do.. mijn getring verstomd. O god. O god. Ik heb zojuist half aangebeld bij een deur waar ‘geen collecte’ op staat. Ik kijk naar mijn bus waar met grote letters “Rode Kruis” op staat. Valt niet weg te moffelen. Angstig kijk ik naar het kijkgaatje in de deur: staart er iemand naar me, denkend dat ik een debiel ben die niet kan lezen dat collectes niet welkom zijn? Gelukkig, het blijft stil. Ik loop een paar passen achteruit en houd het kijkgaatje nog wat wantrouwend in de gaten. Oké, de kust is veilig.

Bekijk bericht