In de blog van donderdag beschreef ik hoe ik met de leerlingen een lesje heb gedaan in ‘kromme zinnen’ maken. Vandaag deel ik de antwoorden! Hoeveel had jij er goed? ๐
J’assis ici ne pas ร attendre: ik zit hier niet op te wachten.
Malheureusement beurre d’arachide: helaas pindakaas.
Je n’y comprends pas de ballon: ik begrijp er geen bal van.
Fais ca le chat sage: maak dat de kat wijs.
Qui A dit, doit B dire: wie A zegt, moet B zeggen.
Maintenant, le singe sort de la manche: nu komt de aap uit de mouw.
Devant singe รชtre debout: voor aap staan.
Ca, c’est autre biscuit: dat is andere koek.
Toedeloe, ik moest โsingeโ in het woordenboek opzoeken en toen kwam ik eruit.
Vrolijk makende krommer-dan-kromzinnen!