Ondertussen bij de bloedbank

“Ga je straks even mee als ik bloed ga doneren? Over een uurtje zijn we dan ongeveer weer thuis.” Prima! Thomas doet het nu voor de 3e keer en ik ben wel benieuwd hoe dat nou werkt. En wie weet, ga ik dan ook een keer..

Wanneer we de ruimte binnenstappen, zien we meteen al dat dit wat langer gaat duren. Alle stoelen in de wachtruimte zijn bezet. We besluiten om bij het ‘donatiecafé’ te gaan zitten, waar stapels met roze koeken, stroopwafels en speculaasjes wachten om opgegeten te worden.

Op de hoek van de tafel ligt een puzzel. Op de doos zie ik dat het een puzzel is van een bloedbank. Een meisje en haar moeder staren naar de puzzel en leggen af en toe een stukje aan. Aangezien het voor ons nog wel even gaat duren, besluit ik om mee te gaan puzzelen. De twee hebben dat duidelijk vaker gedaan: per 20 stukjes van hen leg ik er ongeveer ééntje aan. Alle beetjes helpen. Ondertussen praten we over koetjes en kalfjes, het EK puzzelen (ga ik dus echt niet aan mee doen) en over de lange wachtrij. “Je zou maar een uur wachten om gekeurd te worden, om er dan achter te komen dat je vanavond geen bloed mag geven i.v.m. een lage ijzerwaarde ofzoiets. Dan kom je dus mooi voor niets!” We lachen erom.

Wanneer de puzzel af is (okee, hij was al aardig op weg) wordt Thomas eindelijk omgeroepen. De keuring is gelukkig in orde, dus hij mag naar een ‘doneerstoel’. Ongeveer tien minuten later is hij klaar, dus we lopen opnieuw naar de ruimte zodat Thomas zijn suiker even kan aanvullen met een speculaasje. Dan zien we het puzzelmeisje met haar moeder naar buiten lopen. Ze kijkt me sip aan en doet haar duim omlaag. Gelukkig hadden we de puzzel nog, heeft ze toch niet helemaal voor niets gewacht.

Here comes the sun

Het is bijna tijd om te vertrekken naar een verjaardag. Omdat we pas laat in de avond thuis zullen komen, besluit ik om het zonnescherm weer naar binnen te doen. Ondanks dat bijna de hele straat een automatisch zonnescherm heeft, doen wij het ouderwets met de hand. Goed voor de kipfilets! ;-).

Ik loop naar buiten, pak de hendel en begin te draaien. “KDENG. GONG. BENG.” Hoo shit, dat klinkt echt niet goed. “Lukt ie buuf? Wat is dat voor kabaal?” Het hoofd van de buurman is tevoorschijn gekomen boven de schutting en kijkt lichtelijk geamuseerd mijn kant op. Ik leg hem uit dat dat ding voor geen meter werkt. Demonstratief draai ik nog een keer, waar de hendel ook nog eens los schiet.

Hij kijkt een paar seconden naar mijn actie. “Ik zou de hendel even schuin houden, je staat er nu te recht onder.” Ik geloof er weinig van, ik heb duidelijk gezien dat deze klaar is voor de sloop. Ik duw de hendel terug in zijn positie, loop een stukje naar achter en begin weer te draaien. Als een zonnetje! Thanks buur ;-).

Geef mij maar gewoon een automatische, haha.

Zou ze het gezien hebben?

Op woensdagavond sporten Laura en ik samen, meestal gaan we dan naar xco. Vandaag komt die tijd niet zo lekker uit, dus we besluiten een uurtje later te gaan. Zumba, ook leuk!

Wanneer de les bijna begint gaan we alvast klaarstaan in de zaal. Het is duidelijk dat er een aantal zéér fanatieke kontenschudders aanwezig zijn. De instructrice van de xco les heeft ons inmiddels gespot en vraagt of we de volgende keer weer naar xco komen. Ojee, we worden in de gaten gehouden ;-).

De zumba les begint en het is bijna direct duidelijk dat iedereen in de zaal de nummers uit hun hoofd kent. Voor ons is het de eerste keer, dus het ziet er niet helemaal picobello uit, haha. Dan valt me ineens op dat de sportinstructricd van xco nog in de kantine zit en dat ze toevallig onze kant op kijkt. Net op het moment dat mijn body roll (hoe dan?!) volledig de mist in gaat, haha. Goed, goed, volgende keer komen we weer naar xco.

Altijd hardop denken

Goed, dat wij boodschappen bestellen en wekelijks ophalen mag nu denk ik wel duidelijk zijn, haha ;-). Los van het feit dat het heel veel tijd scheelt, kan het nog veel meer opleveren!

“Hoi Daan!” Zoals bijna wekelijks kom ik Laura of Daan tegen bij het ophaalpunt. We kletsen even wat bij terwijl Daan alvast geholpen wordt. Er komen steeds meer mensen achter ons in de rij staan die ook hun boodschappen willen halen. Dit is het moment. “Daan, sparen jullie voor de messenzegels?” Ik vraag het luid en duidelijk. “Nee? Mag ik ze dan hebben?”

Vijf minuten later zit ik triomfantelijk in mijn auto, zeer tevreden met mijn gescoorde buit aan messenzegels. Twee van de mensen in de rij hebben ze ook aan mij gedoneerd, hoe lief!

Dus eh… mocht je bij de Jumbo komen en de messenzegels worden je aangeboden…… 😉

Ga ik even af

Thomas en ik kijken naar een Amerikaanse serie op de tv. Op het beeld verschijnt een bus in het openbaar vervoer. “Zouden er daar écht mensen zijn die geen getallen kunnen lezen, zodat ze de bussen maar namen van kleuren moeten geven?” Ik wijs naar het scherm en spreek de naam van de bus uit. “Blue route”. Nu is het Thomas zijn beurt om te lachen. “Hóe spreek je dat uit? Rout? Dat spreek je dus uit als ‘roet’.” Oeps. Sommige mensen kunnen blijkbaar geen getallen lezen, anderen mogen duidelijk nog aan hun uitspraak werken.